De geschiedenis van Kûbaard

De geschiedenis van Kûbaard kun je van uit verschillende invalshoeken benaderen. Omdat we maar met een klein team zijn en een kant en klare geschiedenis van ons dorp uit diverse bronnen samengesteld zou moeten worden, geven we hier onder een compilatie van wat er over ons dorp geschreven werd en op internet is/was te vinden. Daar waar uw kennis als beter doorgaat dan hier vermeldt, houden we ons graag uw commentaar voor. Misschien kunnen we zo geleidelijk aan een ‘complete’ geschiedenis over ons dorp opstellen (GvP).

Kûbaard is één van de kleinere dorpen die de provincie Friesland rijk is. Het had landelijke bekendheid vanwege zijn paardenmarathon en de kubaarder-hurdrindei. Wat het verleden betreft heeft een aantal bekende mensen tot de inwoners van Kûbaard behoord: Henk Alkema, Hessel van der Wal, Knilles Ynses, prof. Dr. A.A. van Ruler en last but not least Petronella Moens.

De geschiedenis aan de hand van ‘bekende’ Kûbaarders:

Een stukje geschiedenis m.b.t. de voorvaderen van de huidige bewoner van ‘Kramershoek’ is te lezen in het volgende stukje dat in zijn geheel hier terug te vinden is.

Het gezin Kramer

Op De Grote Klaver werden de eerste twee kinderen geboren: Betsie en Hendrik. Kort na de geboorte van Hendrik verhuisden Frans en Siebrigje in de loop van 1859 naar de boerderij van Frans in ‘Cubaard’. Daar was intussen de boerderij geheel afgebroken en herbouwd.
Dit is waarschijnlijk de reden dat zij er niet onmiddellijk gingen wonen. Het verhaal luidt, dat Frans’ vader indertijd te voet naar Kubaard kwam, zijn stok die hij altijd bij zich had wegslingerde en sprak – in het Fries uiteraard – dat daar waar de stok neerkwam de huizing gebouwd moest worden. De stok lag nogal een eind van de weg en daarom zou het huis  zo’n grote voortuin hebben gekregen. Maar er bestaat een variant van het verhaal. Niet Gerrit maar Siebrigje zou de stok hebben gegooid, omdat zij een grote voortuin wilde, terwijl Frans meer weiland wilde. Misschien zijn beide verhalen wel waar. In de loop der jaren werden de volgende kinderen op Kubaard geboren; Apollonia, Johanna, Gerrit, Dirk, Klaske, Mebius en Pietje

Een avondje rondneuzen op het worldwide web, leverde me de onderstaande stukken op. Het tweede artikel van Peter Karstkarel, hij schreef het boek “419x Friesland”. Daarin beschrijft hij Friese dorpen en steden waaronder dus ook Kûbaard. Zijn eerste zin vind ik geweldig: “Het terpdorp Kûbaard kan alleen over kronkeldijkjes bereikt worden, alsof de toegangen op effect zijn aangelegd. Voor mij ook een van de redenen waarom ik in dit dorp wilde wonen. (Mo 1-12-22)

Peter Karstkarel:

“Het terpdorp Kûbaard kan alleen over kronkeldijkjes bereikt worden, alsof de toegangen op effect zijn aangelegd. In de kerk is in het begin van de 16de eeuw dan ook Sint-Christoffel afgebeeld, die patroon is van de reizigers en het transport.

Kûbaard heeft een compacte dorpskern: aan dijkjes en vaarten waaiert de bebouwing bescheiden het landschap in. Nieuwbouw is vooral aan de zuidzijde gekomen. Aan de oostzijde van de kern staat de kerk op een ruim kerkhof en tussen een door hoge linden omzoomde kerkbuurt. Tegenover de toren staat het dorpshuis, ooit het dorpscafé, en schuin daartegenover een burgerhuis dat in het verleden de school huisvestte.

In het centrum een kaaspakhuis dat maar kort functioneerde omdat de zuivelhandel zich in grote dorpen concentreerde. Het voormalige doleantiekerkje is een van de kleinste in de provincie. De straat, richting de Swarte Beyen aan de oude, monumentale Slachtedyk, is aan één zijde bebouwd met karakteristieke vrijstaande dorpswoningen uit de periode rond 1900.

De gepleisterde kerk doet niet oud aan, maar de diepe vensternissen in het dikke muurwerk geven aan dat het gebouw uit de Middeleeuwen stamt. De mantel van pleister zit op muurwerk van tufsteen, een aanwijzing dat de kerk van vóór 1200 dateert. In de 19de eeuw is er van alles met de kerk gebeurd. Er kwam een orgel in en recht ertegenover kwam een gigantische kraak. Orgel en kraak zijn twee polen waartussen de Gouden Eeuw is gevangen: prachtig renaissance-meubilair van preekstoel met dooptuin en herenbanken. Daar kijkt Christoffel met welgevallen op neer. Ook aan de buitenkant is veel 19de eeuw te beleven: de bepleistering is uit de eerste, de toren uit de tweede eeuw-helft, net als de deftige pastorie die ten oosten van de kerk in een ruime tuin met oude bomen staat. Daarachter, verder naar het oosten en noordoosten, zijn nog twee laaggelegen buurtjes verstopt.”

Colofon
Uitgeverij: NoordBoek – Auteur: Peter Karstkarel

Wikipedia over het ontstaan:

Het dorp is ontstaan op een terp. Rondom de hoofdterp lagen ook nog andere kleine terpen. In 1893 werd bijvoorbeeld begonnen met het afgraven van de terp Jorum in Kubaard. Op 16 maart 1896 werd de helft van de bovengrond van de terp geveild. De dorpskern is in de 20ste eeuw licht gegroeid waardoor er sprake is van een komdorp.

In de tweede helft van de 13e eeuw werd de plaats vermeld in een kopie als Cubawerth, in 1335 als in Cubanwerd, in 1420 als toe Cubaerdt, in 1453 als Kubaerd en in 1505 als Cubaerd. De plaatsnaam zou er op duiden, op dat het een bewoonde hoogte (werth) was en bewoond werd door de persoon Cuba.

Tot de gemeentelijke herindeling van 1984 lag Kubaard in de voormalige gemeente Hennaarderadeel. Daarna kwam het in de gemeente Littenseradeel te liggen. Per 1 januari 2018 splitste de gemeente Littenseradeel zich op en kwam Kubaard in Súdwest-Fryslân te liggen.